Bijgerecht voor 6 personen
(bereidingstijd ± 1½ uur, inkoken 1 uur)
- 12-18 stoofpeertjes (Gieser Wildeman)
- 1 Sinaasappel
- 750 ml droge rode wijn
- 100 gr. Suiker
- 2 kaneelstokjes
- 10 cm gemberwortel, in plakjes
- 5 kardemompeulen*, gekneusd
- 1 steranijs*
- 2 kruidnagels
- 250 ml balsamicoazijn
* Kardemompeulen en steranijs zijn te koop bij oosterse speciaalzaken
- Schil de peertjes maar laat het steeltje eraan. Verwijder eventueel het klokhuis uit de onderkant van de peen met een appelboor. Boen de sinaasappel schoon en schil het oranje deel er dun vanaf. Pers de sinaasappel uit.
- Verwarm de wijn, het sinasappelsap, de helft van de sinaasappelschil, de suiker en specerijen tot de suiker is opgelost. Leg de peertjes in de wijn en breng opnieuw tegen de kook aan. De peertjes moeten net onder liggen, vul anders aan met kokend water tot ze onder staan.
- Pocheer de peren in 1½ – tot 2 uur gaar, zorg ervoor dat het niet kookt, gebruik evt. een vlamverdeler om het vuur meer te temperen. De peertjes zijn gaar als je er gemakkelijk een vork in kunt prikken.
- Schep de peren uit de pan, zeef het kookvocht giet het terug in de pan. Voeg de balsamico toe en kook alles in totdat het een mooie siroop is geworden. Dit duurt ruim 1 uur.
- Laat de ingekookte siroop afkoelen en druppel het over de peren.
